Het bericht verscheen in aardig wat media vorige maand: de helft van de pasgeboren meisjes wordt ouder dan 100 jaar. Bingo! hoorde ik iets diep in mijn onderbewuste roepen. Mijn dochter was dan wel negen jaar te vroeg om tot de gelukkige generatie te behoren, maar hee: met haar negen jaar had ze toch maar mooi die levensgevaarlijke eerste jaren overleefd, wat haar ongetwijfeld met wat statistisch gesteggel ook wel 50% kans gaf een van de vele eeuwelingen te worden.
En anders was er altijd nog zoonlief van zeven, die als arme Y-chromosoomhouder weliswaar gedoemd was eerder te sterven, maar door zijn risicomijdend gedrag en latere geboortejaar toch weer veel goedmaakte. Ergo: de kans dat mijn genen de 22e eeuw bereiken is dik honderd procent. Daarbij laat ik gemakshalve even die zure briefschrijver in de Volkskrant buiten beschouwing die natuurlijk al binnen een dag de gehanteerde methoden (van het Nederlands Interdisciplinair Demografisch Instituut, niet van mij) in twijfel trok, daarmee mijn onderbewuste zijdelings beschuldigend van een valse bingo.
Toch heb ik nog wel even zitten peinzen waar die bingo nou vandaan kwam. Kinderen krijgen doe je niet zo maar, maar in ons geval scheelde het niet veel. We hadden er ook best over nagedacht, maar wisten wij veel wat ons te wachten stond? En dus wilden we het wel proberen, vooral omdat het nieuw was en nogal bijzonder scheen te zijn.
Dat is het ook. Om alle redenen die je in Ouders van Nu kunt lezen, maar wat mij betreft vooral ook op een biologisch verantwoorde manier. Het stomste van sterfelijkheid vind ik dat ik nooit zal weten hoe het verder gaat met deze malle planeet en haar inwoners. Hoe geweldig moet het zijn om als 19e-eeuwer één dag in de 21e eeuw te mogen gluren – al zou oma Mien daar wellicht anders over hebben gedacht.
Ik zou niets liever willen dan weten wat er uitkomt van onze toekomstfantasieën, over honderd jaar, over duizend, tienduizend. Het zijn nog altijd oogwenken op de geologische tijdschaal. Moet je zien wat er de afgelopen tien, honderd, duizend jaar is veranderd. Dan is MarsOne, Sonmi-451 en wereldvrede ook best denkbaar.
Maar alle vooruitgang ten spijt, ga ik de volgende eeuw niet halen. Zeker weten. En daar komen de zelfzuchtige genen om de hoek. Die liften toch maar vrolijk mee met mijn kinderen. Als door een periscoop laten ze mij de volgende eeuw in kijken. En misschien bouwen ze daar nog wel een periscoop en nog een en nog een…
[Eerder verschenen op Anababa, om precies te zijn op 10 oktober 2013]